Hoe ver moet je als politicus gaan om er voor te zorgen dat je declaratie van een dinertje met, niet geheel onbesproken gezelschap, niet meer opvalt? Je gaat even toeren met je dienstwagen op kosten van “de zaak”. Welke zaak weet je niet meer want er zijn meerdere zaken. Bovendien voel je die fles wijn van honderd zoveel euro best wel. Best prijzig, maar het volk mag toch niet verwachten dat je de volgende ochtend met een kater hun belangen behartigd omdat je zondig goedkope wijn moest drinken.
of waargebeurde fictie